1
Sugarsnaps zijn een kruising tussen peultjes en doperwten en ze zijn makkelijk schoon te maken. Bij sommige sugarsnaps is een (stug) draadje aanwezig op de naad. Snijd aan beide kanten het puntje van de sugarsnap af en trek de eventuele draad direct mee. Vind je bij de eerste paar sugarsnaps geen draad, dan hoef je alleen het kroontje en kontje eraf te snijden.
2
Je kunt de sugarsnaps rauw beetgaar bakken in de pan. Optioneel kun je ze ook eerst kort koken (blancheren: kort in kokend water dompelen).
3
Bak de sugarsnaps op hoog vuur in een ruime koekenpan in ene beetje roomboter. Bak ze beetgaar in ca. 5 minuten. Snijd de sjalot en bak deze samen met de (diepvries)doperwten mee in de pan. Breng op smaak met een snufje zout en peper.
4
Garneer de gebakken sugarsnaps met gebroken hazelnoten, honing en verse peterselie.